De wind is uit een andere hoek gaan waaien.
De zon is nu zelfs in de nacht te zien.
Nu ik jou dikwijls van geluk hoor kraaien.
En ik niet weet of ik dit wondertje verdien.

Ik kan elke dag wel uren naar je kijken.
Je bent zo kwetsbaar, zo teder en zo klein.
Ik voel iets wat met niets is te vergelijken.
Ik wil een sterke vader voor je zijn.

En ik zal voor je zorgen,
Alle dagen die ik met je deel.
Mijn liefde wil ik geven.
Nee, niets is mij teveel.

Soms zul je in de wildernis verdwalen.
Want de wereld om je heen is soms zo kil (en bikkelhard)
Kom dan maar dichtbij en vertel me je verhalen.
Ik open alle kamers van mijn hart.

En ik zal voor je zorgen,
Alle dagen die ik met je deel.
Mijn liefde wil ik geven.
Nee, niets is mij teveel.

Want jij legt zoveel kleur in mijn dag.
Een winter gleed voorbij.
Dit kleine wonder, mijn grootste schat.
Als een lente diep in mij.

En ik zal voor je zorgen,
Alle dagen die ik met je deel.
Mijn liefde wil ik geven.
Nee, niets is mij teveel.

Want jij legt zoveel kleur in mijn dag.
Een winter gleed voorbij.
Dit kleine wonder, mijn grootste schat.
Als een lente diep in mij.